Op 21 juli 1936 werd de voetbalclub de Roode Duivels Kattenbosch opgericht door de toen 15-jarige Jaak Hendriks en de 17-jarige Jef Vandervee. De motivatie om een derde voetbalclub in Lommel op te richten was bij beide pioniers erg groot.
De voetbalkleuren waren zwart – rood en er werd gekozen voor de naam Roode Duivels, waarschijnlijk om de geestdrift van de ploeg te benadrukken.
​
Na 1 jaar trainen werd er gestart in de Noordlimburgse Verstandhouding, een overkoepelende organisatie waarin alle plaatselijke clubs uit het noorden van Limburg waren aangesloten.
Oorspronkelijk waren de twee stichters verantwoordelijk voor alle administratieve regelingen maar omdat deze taak te uitgebreid werd kwam het voorstel om een bestuur op te richten.
Op 7 maart 1937 vond de eerstebestuursvergadering en verkiezing plaats en op 21 maart 1937 werd de eerste algemene vergadering georganiseerd. Iedereen die geïnteresseerd was, kon zich aansluiten bij de club. Er werd geen onderscheid gemaakt in sociale klasse. Het aantal leden groeide dan ook zeer snel aan.
​
In 1940 telde de club reeds 32 leden en 9 bestuursleden. In die tijd werd er na elke gewonnen match het clublied gezongen. De verplaatsingen gebeurden toen te voet, per fiets of per trein en nog later per bus.
​
Vlak voor de oorlog gingen er door de mobilisatie veel spelers en ploegen verloren. De activiteiten bleven toen veelal beperkt tot weinig wedstrijden en veel trainingen. Om deze reden ijverden de spelers ervoor om aan te sluiten bij de Koninklijke Belgische Voetbalbond (K.B.V.B.) wat voor de club een hele omwenteling te weeg bracht.
​
In augustus 1940 werd F.C. Kattenbos Sport als officiële vereniging met stamnummer 2900, lid van de K.B.V.B. Deze naamsverandering was noodzakelijk omdat ook de nationale ploeg de naam Roode Duivels droeg. Een tweede gevolg van deze aansluiting was de verplichting om inkomgeld te vragen (tot dan werd er rondgegaan met een kan en steun gevraagd aan de supporters). Een derde gevolg was het aanstellen van een officiële trainer. De eerste trainer was Emiel Meutelaers, een oud-speler van Wezel Sport.
Nog een gevolg was de officiële reglementering en arbitrage. De scheidsrechters werden vanaf nu aangesteld door het provinciale scheidsrechterscomité in Hasselt. Tenslotte moest ook het terrein aan de officiële afmetingen voldoen. Door Mathijs Cochet, tevens clublokaalhouder werd een braakliggend stuk grond ter beschikking gesteld waarop vaste elementen mochten geplaatst worden.
​
De aansluiting bij de K.B.V.B. bracht automatisch ook mee dat er contacten werden uitgewisseld tussen F.C. Kattenbos Sport en de K.B.V.B. Deze contacten werden verzorgd door de secretaris. De eerste secretaris was medestichter Jaak Hendriks en dit tot 1960.
In 1946 werden de clubkleuren veranderd van Zwart-Rood in Rood-Wit. De neutrale kleur van kledij, voorzien om te gebruiken indien de bezoekers dezelfde kleur hadden, werd het geel.
​
Ook het aantal jeugdige spelers binnen de club bleef evolueren. Naast de hoofdploeg werden er in 1941 een junioren-, een scholieren-, en een kadettenploeg opgericht.
Toen de K.B.V.B. rond 1965 voorstelde om de categorieën verder uit te breiden met nog jongere spelers heeft kattenbos hier onmiddelijk gevolg aan gegeven door te starten met een miniemenploeg.
Nog later, in 1974, werd het aantal categorieën uitgebreid met de pré-miniemen. Tesamen met de pré-miniemen mochten ook meisjes zich engageren. In 1990 werd de duiveltjesploeg opgericht. Deze uitbreidingen begonnen zwaar door te wegen bij het bestuur.
​
In 1965 werd Jan Gerits verkozen als voorzitter van de club en het bestuur was de mening toegedaan dat de jeugd meer aandacht verdiende en in functie daarvan werd er een Jeugdbestuur opgericht. Hiervoor waren uiteraard nieuwe krachten nodig die bereid waren zich ten volle in te zetten voor de jongeren.
Het doel van de jeugdopleidng bestaat er in een brug te vormen tussen de school, thuis en sport.
Tevens zou de jeugd door een goede begeleiding gemotiveerd blijven om naar het voetbal te komen. Op langere termijn zou dit dan ten goede komen aan de doorstroming van de jeugdploegen naar de seniorenploeg.
Al deze veranderingen vroegen ook financiële inspanningen van de club. Er werden twee bronnen van inkomsten gecreëerd. Eerst en vooral het lidgeld, iedere speler werd ertoe verplicht een jaarlijkse bijdrage aan de club te betalen.
Verder was er ook de verkoop van inkomtickets. Door de jaren heen werd er begonnen met sponsoring, vooral door de Lommelse handelaars. Ook andere manieren om geld in de clubkas te krijgen werden en worden ten volle benut : Enkele voorbeelden uit het ruime aanbod zijn de verkoop van steunkaarten, tombola, kienavonden, Vlaamse kermis, organisatie van jeugdtornooien enz…
Met dit geld werd en wordt op dit moment getracht om de club uit te bouwen tot een sportief en financieel gezonde club.
Door de jaren heen waren er vele gelegenheden om te feesten of om bepaalde personen te huldigen.. Hieronder volgt een beknopte samenvatting van gedenkwaardige feiten. Een eerste kampioenentitel werd binnengehaald door de kadettenploeg van 1943 die kampioen van Noord-limburg werden en door pech de finale van Limburg verloren tegen Thor Waterschei.
De eerste ploeg promoveerde 8 maal in haar bestaan. In 1951-1952, 1955-1956, 1959-1960 en 1972-1973 van tweede naar eerste provinciale. In 1970-1971 , 1990-1991 , 2005-2006 en 2014-15 van derde naar tweede provinciale .